zondag 13 juni 2010

De Rocky Mountains


Na nog een dag rijden van meer dan 300km waren we dan eindelijk in de Rocky Mountains met alweer regen. We vertrokken met volle moed en het plan om de scenic drive doorheen het park te doen en nog een korte wandeling die in de gidsen als een must werd omschreven, maar toch voor alle zekerheid en naar goede gewoonte even stoppen bij de rangers in het visitors center. We wilden nog even de rangers mening horen van wat nu echt wel de moeite was in de piepkleine park. We vertelden dat we zeker de scenic drive wilden doen. De ranger moest ons direct al ontgoochelen, want ze waren net de wegen aan het sluiten omdat het sneeuwde. Weer een streep door de rekening door het weer. Het enige wat we nog konden doen was naar het Bear Lake rijden en daar een wandeling naar Nymph Lake, Dream Lake en Emerald Lake ondernemen. We hadden dus niet veel keuze. Weer onze goesting verzameld gingen we maar op pad. Al na enkele honderden meters stijgen waren we allebei al bekaf, vreemd tot we op de kaart keken waar een waarschuwing op stond dat we al 9000voet hoog waren en dat alle wandelingen steigen naar meer dan 10000 voet...dus een goeie 3000m hoog. Zwitserland dus...geen wonder dat we als ouwe versleten mensen ons voortsleurden. Maar het was uiteindelijk wel de moeite. We moesten ook nog middageten en het was al bijna vier uur tegen we terugwaren van wandeling. Dan maar in de regen op een picnickplaatsje een visje bakken, en het heeft gesmaakt. Daarna was het richting Denver. De allerlaatste stopplaats voor we weer op het vliegtuig stappen richting huis, maar de laatste dag ons nog even bezoldigen aan het kopen van wat souvenirs en vooral electronica ;)

Op weg naar de Rockies


Na de sneeuw dachten we dat we ongeveer nu wel alles hadden gehad qua weertypes. Maar dit zou Amerika niet zijn als er ons niet opnieuw een verrassing te wachten stond. Na de sneeuw kwam namelijk het onweer en de wolkbreuken op weg naar Casper. Aangezien er geen highway lag tussen Yellowstone en Casper waren we overgeleverd aan kilometers verouderde wegen vol aquaplanning. Heel leuk als je meer dan 300km moet rijden. Bovendien reden we net dezelfde richting uit als het onweer. Dus zonneschijn na regen was er geen sprake. Het was een immens grijs heel laaghangend deken dat ruim 300vierkante kilometer groot was. Na enkele uren zagen we een lichtpuntje namelijk Thermopolis waar we jawel met grote honger halthielden bij de Mcdonalds. Tja, als je de keuze hebt tussen een obscure lokale hamburgertent en de internationale hamburgertent, gaan we maar voor de meest veilige rommel. Alhoewel, een paar weken geleden had ik nog twee schrekglazen gekregen bij een menu bij Mcdonalds. We kwamen daar aan en we kregen de boodschap dat ze alle schrekglazen dringend terugriepen en we ze zeker niet meer mochten gebruiken. Een reden gaven ze er niet bij...tenzij productiefout. hmm, dat werd even snel opgezocht op het net door mezelf en blijkt dat de tekeningen op de glazen een te hoog gehalte cadmium bevatten. Dus veilig is niet echt de term dat past bij de Mcdonalds. Voor we echter in Thermopolis geraakt waren moesten we nog een aantal bliksemschichten omzeilen, de brandweerwagen en ambulance vermijden om dan eindelijk temidden in een wolkbreuk de parking van de Mcdonalds op te draaien. We waren zeiknat toen we daar als een bende uitgeregende marmotten toekwamen en dat was maar van een afstand van 50meter af te leggen. Tot Bert doodleuk zei dat de lichten van de wagen nog opstonden. Wat grappig...van uitgeregende marmot was het nu een verzopen kieken dat een hamburger zat te eten.
Volgende halte was Casper. Een stadje waar er bitterweinig te zien was, maar ze hadden toch een motel. Dat was genoeg na een ellenlange helse rit. Nog even wat tvgekeken naar het weerkanaal (jawel, een volwaardige zender enkel over het Amerikaanse weer!) en daar stond te lezen dat het deze week hurricane week was en dat er al meer dan 18 mensen waren omgekomen op een kampeerplaats door flashfloods. Slik, en wij moeten binnenkort nog terug naar huis vliegen met maar 40min om onze aansluiting in Chicago te hebben. Haha, hilarisch...not :-( Maar niet te vroeg treuren, eerst nog een laatste nationaal park, nameijk de rocky mountains.

vrijdag 11 juni 2010

Yellowstone deel 2


Op onze derde dag hebben we de zuidelijke scenic drive gedaan in het park met als stopplaatsen: 'Lower Geyser Basin', 'Midway Geyser Basin', 'Upper Geyser Basin' , 'Mud volcano and Sulfur Caldron' en een grand canyon met de 'Upper en Lower Falls'. Het 'Lower Geyser Basin' bestaat uit de 'Great Fontain Geyser' die ontzettend groot is en om de 8 tot 15 uur in actie schiet. In de tussentijd vult hij zich met water. Daar we ook weer niet zoveel tijd hebben, hebben we deze niet in actie kunnen zien. Ietsje verder ligt de 'White Dome Geyser' die tussen de 30 min tot 3 uur in actie schiet. Deze geiser had - zoals de naam al zegt- een grote witte kegel als basis. Heel mooi om te zien. In de buurt ligt ook de 'Fountain Paint Pot'. Dit is een soort van poel met bubbelende modder in verschillende kleuren. In 'Midway Geyser Basin' ligt de grootste warmwaterbron van het park, namelijk 'Grand Prismatic Spring'. Meestal zie je een bovenaanzicht van dit meer als Yellowstone wordt aangeprezen en het is ook een van de plaatsen die je ooit in je leven moet gezien hebben. Hier waren er ook weer mooie kleuren te bewonderen en natuurlijk ook de welbekende rotte eierengeur ;-). Daarna zijn we doorgereden naar 'Upper Geyser Basin' met als meest bekende de geiser 'Old Faithfull'. Omdat we deze nog niet hadden zien uitbarsten, zijn we bij de vele andere toeristen op een bankje zitten wachten totdat hij uitbarste. Daar hij zo regelmatig is, is het niet zo moeilijk om eventjes te wachten ... alhoewel ;-). Het was leuk om te zien, maar - omdat de bankjes zo ver van de geister staan - verwacht je toch iets meer van de uitbarsting van deze geiser. Tja, de massa volgen is dus niet altijd een goed idee. Maar je moet het natuurlijk eerst gezien hebben om te beseffen dat het niet echt de moeite is. In de late namiddag zijn we doorgereden naar 'Mud volcano and Sulfur Caldron'. Hier konden we nog een andere fenomeen van dit park bewonderen, namelijke sputterende en pruttelende grijze modderpotten en gele sulfurpoelen. De bubbels die naar boven kwamen in de modderpotten deden ons denken aan het maken van kleipotten (je weet wel over welke romantische film ik het heb, namelijk ...). Tegen de avond hebben we de 'Upper en Lower Falls' bezocht vanaf de 'South Rim'. Het was een aangename verassing om iets totaal anders te zien in dit park. Namelijk een grote waterval die neerstort in een soort grand canyon met groene, gele en rode wanden die op sommige plaatsen nog bedekt is met gelaagd wit ijs. Op verschillende uitzichtspunten van de zuidkant, hebben we deze waterval bewonderd. Op onze kamping hebben we nog genoten van zelf klaargemaakt buffelvlees. Echt lekker en ideaal om het bedje terug op te zoeken!
Op onze vierde dag hebben we 's morgens een lekker ontbijt gegeten met onze gebruikelijke ontbijtgranen. Deze keer ook aangevuld met hard gekookte eitjes. De geur die je overal ruikt in het park, was hiervan de oorzaak :-). Na het bezoek aan de zuidelijke kant van de Yellowstone Canyon gingen we vandaag de 'North Rim' of noordelijke kant van de 'Upper and Lower Falls' verkennen. In het daglicht is de waterval nog indrukwekkender dan bij avondlicht. Na dit laatste dessert van Yellowstone moesten we terug verder rijden. Onderweg zien we ook de echte Amerikaanse manier van reizen: een grote mobilhome (zo groot als een autobus) met daarachter een wagen gekoppeld (meestal een pick-up) en in die wagen zat meestal nog een quadmotor of een aantal fietsen. Van luxe gesproken! Nog een tip voor Yellowstone: "Kom hier niet te vroeg, want het kan hier serieus sneeuwen en regenen, jawel zelfs in juni!' Het nadeel van juli en augustus is misschien het grote aantal toeristen ... tja, je moet ergens een keuze maken ;-).

woensdag 9 juni 2010

Yellowstone deel 1


Yellowstone ... Deze naam klinkt sommigen misschien bekend in de oren en bij anderen helemaal niet. In Amerika is dit het oudste en drukbezochtste park. Het koestert dan natuurlijk ook hoge verwachtingen bij ons. Nu was de tijd gekomen om te zien of het park deze ook kon inlossen. In de late namiddag - rond 16h15 - kwamen we aan bij 'Old Faithfull Geyser'. Hij heeft deze naam gekregen, omdat zijn uitbarstingen tot op 10 min kunnen voorspeld worden. Omdat in de omgeving van deze Geiser nog andere 'kleinere' geisers liggen en de volgende uitbarsting van 'Old Faithfull' pas om 17h00 was, besloten we om die 'kleintjes' ook eens te bezoeken. Ondertussen begon de hemel ook wat op te klaren. Hier werden we meteen verrast door de uitbarsting van de geiser 'Beehive'. Volgens de ranger die hier uitleg verschafte, is deze geiser zelfs mooier en hoger dan de eerder genoemde 'Old Faithfull'. Dat konden we beiden alleen maar beamen! Ook de andere geisers en hete poeltjes waren mooi om te zien en te horen. Hierdoor hebben we zelfs het spektakel van de 'Oude Getrouwe' maar uitgesteld naar een latere datum. We moesten namelijk nog een slaapplaatsje vinden in of rond Yellowstone. Voor de lol hebben we eens gevraagd of er nog slaapgelegenheden vrij waren in het park en hoeveel die zouden kosten. Blijkbaar waren er nog maar weinig hotels met plaatsjes over. Dat deed ons toch een beetje de wenkbrauwen fronsen, omdat het de laatste 2 dagen constant geregend had. En diegene die nog vrij waren kostten maar liefst 161 dollar per nacht zonder taksen! Dit vonden toch een beetje te duur. Dan maar terugvallen op onze goede ervaring met de Koa kampings. Iets buiten de westelijke ingang lag er ook nog eentje. Hier kwamen we aan rond 20h00. Door het slechte weer besloten we om een cabin te boeken voor 3 nachten. Na onze cabin te hebben ingericht en lekker gegeten te hebben, konden we onze eerste dag in Yellowstone afsluiten met een duik in het indoor zwembad en een relaxerend verblijf in de hottub!
In de tweede dag hebben we de noordelijke scenic drive gedaan in het park, met als stopplaatsen 'Norris Geyser Basin' en 'Mammoth Hot Springs'. Het 'Norris Geyser Basin' bestaat uit twee lussen: Back Basin en Porcelain Basin. Beide wandellussen bestaan uit geisers, fumarolen en mudpots. De verschillende schakeringen van groen, geel, rood en blauw in het landschap geven het een onbeschrijflijk uitzicht. Het lijkt een beetje op een maanlandschap zeggen sommige boeken. Wij beiden werden stil van verwondering bij het aanschouwen van deze natuurpracht! Zoiets aparts hadden we nog nooit gezien. De 'Mammoth Hot Springs' en voornamelijk zijn terassen zijn eveneens een prachtig natuurfenomeen. Vooral in het stukje 'Canary Springs' was de kleurenpracht van de verschillende basins of terrasjes goed te zien. Toeristen die hier al eerder waren geweest, wisten ons ook te vertellen dat dit gedeelte van het park elk jaar enorm verschillend is. Onze lus hebben we dan verder afgemaakt via 'Canyon Village' naar de kamping. Onderweg hebben we ook veel wild kunnen aanschouwen: bizons, beren, wolven, een adelaar en wapiti herten. We prijzen ons zeer gelukkig dat we dit allemaal hebben kunnen bewonderen op een dag!

Grand Teton


Na een goede nachtrust in de cabin en een verkwikkende douche en brunch naast het prachtige 'Bear lake', moesten we onze tocht verder zetten naar het noorden. Het was nog een redelijke lange rit naar de eindbestemming van die dag, namelijk Grand Teton. Rond 14h00 kwamen we aan in 'Jackson', een heel toeristisch dorpje vlabkij de ingang van het nationaal park. Er moesten nog een aantal kleine boodschappen gedaan worden. Dus lekker binnnengestapt in de 'Albertsons' (er was hier spijtig genoeg geen 'Safeway', die hebben namelijk het beste vers brood) voor brood, drank en vlees. Als vlees hadden we 'Elk' gekocht of wapitihert in het Nederlands. Ook gastronomisch moet deze trip hoog scoren ;-), alhoewel dit in Amerika wel een uitdaging kan genoemd worden. Na onze inkopen en een tankbeurt, bereikten we het Visitor's Center van dit park rond 16h30. Aan een 'Park ranger' vroegen we wat informatie betreffende de mogelijke overnachtingsplaatsen en dagtochten. Alle campings waren nog vrij. Onderweg deden we nog een stukje van de 'Scenic Drive'. Hierbij hadden we prachtige uitzichten op de bergketen die het volledige park omringt. De wolken gaven een extra dimensie aan onze foto's. Op dat moment wistten we nog niet dat die wolken een dag vol regen betekenden. Ons tentje hadden we opgesteld in 'Signal Mountain Campground' met een prachtig zicht op Jackson lake. Ons tentje zou hier 2 nachten blijven staan.
Na een regenachtige nacht - die niet bevorderlijk was voor de nachtrust - begonnen we met een ietwat teneergeslagen houding aan de dag. We hielden echter de moed erin en de 'Scenic Drive' die we de vorige dag waren begonnen, zouden we eerst afwerken. Door de regen viel het wel een beetje tegen, maar we waren in ieder geval droog gebleven. Daarna kwamen we terug aan in het Visitor's Center waar we de film van het park hebben bekeken. Tegen de namiddag begonnen de benen toch terug te snakken naar wat beweging en besloten we - ondanks het slechte weer - een tochtje te maken rond het 'Jenny Lake' naar de 'Hidden Fals' en 'Inspiration Point'. Onderweg hebben we een vos, een marmot, een pika en verschillende 'chipmunks' gezien. Toch fantastisch dat je zoiets ook in het wild kan zien, naast de ons welbekende zoo. De 'Hidden Fals' waren indrukwekkend, omdat het niet alleen deze dag, maar ook de voorbije dagen veel had geregend. Het uitzichtig vanuit 'Inspiration Point' (voor mij eerder een transpiration point) was een kleine domper, omdat de wolken vrij laag hingen. Op dit monent was het reeds 17h15 en daar de beentje toch vrij vermoeid waren, hebben we de laatste boot van 18h00 terug genomen naar de overkant van het 'Jenny Lake'. 's Avonds stonden de 'Elk'-burgers op het menu. We moesten allebei toegeven dat dit wild niet alleen schoon is, maar ook heel lekker!
Onze laatste dag in dit park zou bestaan uit een bezoekje aan 'Colter Bay' in het bovenste gedeelte van het park. Daar het nog altijd regende, hebben we maar een filmpje over wolven meegepikt in het vlakbijgelegen museum. Het ging over de verschillende wolven-clan's in Yellowstone die daar door de mens terug zijn geintroduceerd. Een interessante documentaire over de onderlinge verstandhouding binnen dergelijk clan's en tov andere wolven in het park. In hetzelfde museum was ook nog een tentoonstelling over de Indiaanse cultuur. Rond de middag zijn we dan doorgereden naar Yellowstone.

Antilope Island


Vandaag was de dag van enkel maar rijden, rijden, rijden. We vertrokken vol goeie moed, eigenlijk niet wetend waar we zouden stranden. Reeds vlug lag ons streefdoel op Salt Lake City of liefst nog ietsje verder. Ik nam het eerste gedeelte voor mijn rekening. Na ongeveer drie uur rijden kwamen we aan op Antilope Island. Een schiereilandje temidden het grote Salt Lake. Onze gids vertelde ons dat dit wel eens de moeite waard kon zijn. We dachten: laat ons onze boterhammen maar opeten waar er iets te zien valt dan op een saaie picknickplaats langs de highway. Zo gezegd, zo gedaan. Antilope Island was onze middag bestemming. Het was echter wel wat later dan middag. Het was al later dan drie uur in de namiddag en we waren dus best wat knorrig van de honger ;-) Maar het landschap maakte heel veel goed. Ik had nog nooit zo'n ongerepte natuur gezien. Bergen rezen op uit de zoutvlakte, alleen was de zoutvlakte een heus meer, waar zowel witte bergtoppen als groene heuvels in weerkaatsten. Een weg doorkliefde het meer, alleen op deze manier kon je het eiland bereiken. Aangekomen aan het visitors center, hadden we al een paar sublieme baaien en inhammen gezien. Het eiland krioelde namelijk van de dieren. Zwaluwen, ibissen, pelikanen, californische meeuwen, maar ook enorme kudden bizons, rendieren en 'prohorns' zwierven over het eiland. Na een langdurige fotoshoot van enkele bizons, reden we het eiland rond. Naast al dat natuurpracht leven er daar ook niet minder dan vijf soorten muggen, de één al agressiever dan de andere. We zijn allebei nog een paar keer gestoken geweest, ja, zelfs de muggenlotion met 50 procent deet voldeden niet. Onze stopplaats was dus snel uitgegroeid als een echte bezienswaardigheid. Het was tegen zeven uur 's avonds toen we onze tocht nog moesten verder zetten. De eindstop lag in Bear Lake. We vonden dit gewoon op naam zeker de moeite om te stoppen, ook al werd dit doodgezwegen in onze gidsen. Bovendien hadden ze daar zeker een koa-kamping. Na door een bergachtige streek te zijn gereden - je kan het een beetje vergelijken met Oostenrijk - kwamen we rond tien uur aan in Bear Lake...het meer van Genève is er niets mee in vergelijking ;-)...vlug ons potje nog koken en lekker gezellig snuggelen in de koa-cabin. Heerlijk want zo meer naar het noorden is het hier al behoorlijk frisjes 's nachts en het was bovendien ook aan het regenen. Dus geen weer om een tentje op te zetten.

vrijdag 4 juni 2010

Zion


Wie Bryce zegt, zegt natuurlijk ook Zion. Naar de tips en aanraders van gidsen namen we ons voor dat Bryce maar het kleine broertje was van Zion en dat we veel meer en nog mooier konden verwachten in Zion. Wij dus met volle goesting naar Zion. We kwamen tegen valavond aan in het park. We moesten de highway nog 12 mijl volgen door het park om aan de kamping te geraken. Die 12 mijl duurde heel lang, vooral omdat het ferm bochtenwerk was om te rijden met een maximum van 20 mijl per uur. Ook twee heel smalle tunnels uit de jaren 20 moesten we doorrijden. De één staat zelfs bekend als een staaltje van vakmanschap. In 1930 was het de langste en smalste tunnel van Amerika met maar liefst 6 uitkijkpunten. Nadat we in de kampingplaats aangekomen waren, hadden we pech. Kamping volzet. We reden dan maar met een klein hartje verder en namen de eerste beste kamping...waar ze jammer genoeg schandalige prijzen durfden vragen voor een tentplaats, 37 dollar voor een nacht, amai...we zijn dan ook 's ochtends vroeg naar de kamping in het park gereden en daar hadden we wel meer geluk...ons plaatsje voor de avond was veroverd.
Maar om even terug te keren op de grote broer van Bryce, Zion...wel niets is minder waar...Bryce was beduidend mooier en veelzijdiger dan Zion. Zion is echt een natuurpark om in te wandelen. Er zijn bijna geen scenic views..., slechts één canyon waarin alle wandelingen zich situeren. Dus niet zo veelzijdig, maar toch best mooi. We hebben de lower, middle en upper emerald pool gewandeld. Ze beloofden ons in de gids een oase van rust... Toen we daar aankwamen was het net of ze alle schoolkinderen daar in die oase hadden gedropt. Amai, dat was een kabaal van je welste. Verboden te zwemmen, dat was ook wel de mop van de dag. Iedereen liep er rond in zwempak of -broek. Tsss, vlug boterhammen opgegeten en terug afgedaald. We zijn dan met de shuttlebus naar Wheaping rock gereden, een wenende rots...met hangende tuinen. Ik moet het wel nageven. Hoewel Zion nogal saai kan zijn in zijn landschap is het net het tegenovergestelde wat de bloemenpracht betreft. Heel veel verschillende bloemen stonden er net in volle bloei. Na deze wandeling waren we beiden nogal moe, tot Bert er nog een laatste lap op wou geven en nog de riverside walk doen ook. Heel leuke avondwandeling, lekker plat voor de verandering met alweer talrijke bloemen. We namen ons ook voor om de volgende dag nog een laatste langere wandeling te maken, namelijk die van de hidden canyon, waar hoogtevreeslijders moesten wegblijven. Een uitdaging dus, maar dit is zo positief uitgevallen dat ik op geen enkel moment last had van hoogtevrees, ook al moesten we over smalle richels waar je je moest vasthouden aan kettingen, maar de verborgen canyon was meer dan de moeite waard van de zware klim. Een leuke afsluitende wandeling in Zion... Nu op naar Grand Teton en Yellowstone, maar eerst nog een kleine 1000km rijden.